De ouders van Mark zijn gescheiden toen hij 12 jaar oud was en hij heeft daar toen geen nadelige gevolgen van ondervonden, geeft hij aan. De liefde was op en ze wilden niet samen verder. Erbij stil staan wat de scheiding voor hem betekende hebben zijn beide ouders zich niet gerealiseerd. Door zijn eigen gezin ervaart hij het verlangen naar toen het zo gezellig was vroeger, met zijn allen en dat gaat niet meer komen. Wat heeft dit gevoel te betekenen?
Erover praten heeft Mark nooit gedaan. De situatie was gewoon zo en hij moest het ermee doen.
Tijdens een scheiding verandert er veel in een gezin. De samenstelling verandert en het kind woont ineens in twee huizen. Wat heel vaak gebeurt is dat het kind de ontstane lege plek gaat opvullen en zo dus in de verkeerde rol terecht komt. Een kind wil zijn ouders gelukkig zien en zal er alles aan doen om het verdriet te verzachten, door te luisteren, zich lief en behulpzaam te gaan gedragen en zich dus aan gaan passen aan de situatie. Daarbij cijfert het dus zichzelf (helemaal) weg. Hier spreken we dan van parentificatie.
Zo leert het kind niet dat het mag rouwen, om wat ooit was en nooit meer terug zal komen. Dat al zijn emoties er mogen zijn en doorleefd mogen worden. Dat er ruimte is voor het kind en niet de zorgen hoeft (mee) te dragen van (één van) zijn ouder(s). Zo ontstaat er gestolde rouw. En deze kan omhoog komen, zoals hier bij Mark, door de fijne en veilige gevoelens die hij ervaart in zijn eigen gezin, mede doordat hij nu zelf vader is geworden.
Gestolde rouw aan gaan kijken vraagt als eerste je bewust worden van je eigen gevoelens, zoals boosheid, verdriet, angst, alsook blijheid. Dit klinkt eenvoudig, maar kan best een hele opgave zijn, daar er door de parentificatie een patroon is ontstaan om graag voor anderen te zorgen, waarbij er geen tijd, ruimte en aandacht voor jezelf was. Niet alleen in je gedrag, maar ook in je gedachten. En deze patronen mag je aan gaan kijken, door leren te voelen en die gevoelens serieus te nemen. Rustmomenten en ontspanning inbouwen horen daar ook bij, waarbij bewegen essentieel is.
Veelal kan je dit niet alleen en is het raadzaam om professionele hulp in te schakelen om dit gedragspatroon aan te kijken en te kunnen veranderen.